De ECZP volgt met interesse de politieke schermutselingen m.b.t. Irak-rapport van de commissie-Davids. Wij vinden echter dat het rapport onvolledig is, en totaal geen rekening houdt met destijds het gevaar voor Israël om voor de tweede keer (zoals in '91) geraakt te worden d.m.v. de verwoestende wapens van de anti-semiet en Israël hater Saddam Hoessein.
1991 Iraq attacks Tel Aviv and Haifa with Scud missiles. Video BBC
Ook wordt er volgens ons in het rapport (en bij diegenen die tegen de Irak-oorlog waren en zijn) geen woord gerept, op de mogelijkheid dat Irak de massa-vernietigingswapens (WMD) en superkanon[nen] naar Syrië heeft gebracht. Dit verklaard dat men niets vond, en dan zouden deze wapens nog steeds bestaan, en in een heel waarschijnlijk komende oorlog tegen Israël ingezet kunnen worden. De wereld en zeker Israël wordt - wat de Nederlandse Regering destijds ook beslist heeft - er helaas niet veiliger op!
Uit: Dossier Saddam Hoessein (door Franklin Ter Horst)
"Volgens de officiële persberichten zijn er geen WMD wapens in Irak gevonden. Maar diverse bronnen melden dat ze daar wel degelijk zijn geweest en naar Syrië zijn overgebracht. Een Iraakse deskundige die meer dan tien jaar aan het Iraakse wapenprogramma had gewerkt, vertelde op 24-4-2003 aan de New York Times dat Irak rond 1995 al was begonnen met het overbrengen van haar massavernietigingswapens naar Syrië om te voorkomen dat de VN-wapeninspecteurs deze zouden ontdekken. De laatste voorraden zouden door Saddam vlak voor de aanval op Irak in 2003 naar Syrië zijn getransporteerd. Ook Israël meldde begin april 2003 dat de Irakezen met tientallen vrachtwagens bezig waren geweest de dodelijke wapens naar Syrië over te brengen. Diverse bronnen melden dat de Amerikanen beschikten over gedetailleerde satelliet-opnamen waarop konvooien vrachtwagens te zien waren die richting Syrië reden. Kranten in Amerika citeerden Amerikaans overheidspersoneel die hetzelfde beweerden. Op 13-4-2003 zei George Bush dat Syrië de Iraakse massavernietigingswapens verbergt en waarschuwde Syrië toen al voor de gevolgen. Merkwaardig is dat Bush daar naderhand nooit meer op teruggekomen is. De naar het buitenland uitgeweken ‘vader’ van het Iraakse nucleaire programma Jaffer Jaffer wende zich tot de Amerikaanse autoriteiten met het verhaal dat er een Iraaks-Syrische connectie bestond, iets wat later door de voormalige Amerikaanse minister van Defensie Donald Rumsfeld werd bevestigd.
Op 31-3-2003 informeerde een woordvoerder van het Israëlische leger (IDF) de Knesset (het Israëlische parlement) over de Iraakse wapenverplaatsingen naar Syrië. Op 30-10-2003 meldde Middle East Newsline van de Amerikaanse veiligheidsdienst te hebben vernomen dat Irak haar chemische en biologische wapenarsenaal had ondergebracht in Syrië een aantal weken voor de Amerikaanse aanval op Irak. Zions Cry News meldde op 6-1-2004 dat deze wapens op drie verschillende locaties in Syrië waren opgeslagen en werden bewaakt door Syrische militairen. Een van deze locaties betrof een verblijfplaats van de Syrische geheime dienst in een tunnel in een berg in de buurt van al-Baidah, in het noordwesten van Syrië. Een andere locatie is een fabriek van de Syrische luchtmacht in de buurt van Tal Snan en de derde locatie zijn tunnels bij Shinshar wat behoort tot het 661e bataljon van de Syrische luchtmacht. Een hoge Syrische inlichtingenofficier zou deze informatie hebben doorgespeeld aan een landgenoot in ballingschap.
Verschillende bronnen melden dat de Amerikaanse regering vanaf het begin op de hoogte is geweest van de transporten. De voormalige Amerikaanse wapeninspecteur David Kay zei in een exclusief interview in de Engelse krant The Telegraph ook te geloven dat tenminste een deel van Saddams massavernietigingswapens in Syrië verborgen zijn: “ Wij weten van voormalige Iraakse regeringsvertegenwoordigers dat veel ‘materiaal’ naar Syrië is gebracht vóór het begin van de oorlog" aldus Kay. Ook de 610 ton chemicaliën waarmee het uiterst dodelijke VX-gas kan worden geproduceerd -die in scholen en ziekenhuizen lagen opgeslagen- zijn ‘spoorloos’ verdwenen evenals de met Sarin, VX en mosterdgas voorziene antitank granaten van Saddam’s Republikeinse Garde. Gevluchte Irakezen bevestigden dat Irak voortvarend bezig was met de opbouw van massavernietigingswapens die de dood van miljoenen tot gevolg zouden kunnen hebben.
Niet alleen de WMD wapens zijn in Irak ‘niet gevonden’, maar er is nog veel meer zoek. Ook van Saddam’s superkanonnen is nooit meer iets gehoord. De Amerikaanse en Israëlische inlichtingendiensten reageerden onaangenaam verrast toen spionagesatellieten vaststelden dat Irak er opnieuw in geslaagd was een ‘Superkanon’ te ontwikkelen. Tijdens de Eerste Golfoorlog hadden de Amerikanen ook al zo'n kanon opgespoord en vernietigd. Beelden daarvan waren destijds op de televisie te zien.
De laatste versie was geschikt om er nucleaire, chemische en biologische wapens mee af te vuren. Het oorspronkelijk ontwerp was afkomstig van Gerald Bull een Canadees, één van de meest prominente geleerden op het gebied van raketten en veldartillerie. Hij heeft Irak destijds ook geholpen bij het verbeteren van Scud-raketten, maar heeft zich voornamelijk bezig gehouden met de ontwikkeling van een 424 mm kanon met een lengte van 156 en zelfs van 260 meter die mortieren kon afvuren over een afstand van ruim 2500 kilometer. Bull is in 1990 in Brussel vermoord waarbij de schuldigen nooit zijn gevonden. Na Bull’s dood is Irak doorgegaan met de ontwikkeling van het reusachtige kanon. Er is na de Amerikaanse invasie in 2003, nooit meer iets van vernomen.
Ook van het door Duitsland geleverde verboden materiaal is nooit meer iets gehoord. Het betrof acht zandkleurige mobiele laboratoria, afkomstig van het Duitse bedrijf Rhein-Bayern. De Zwitserse krant "Neue Zürcher Zeitung" meldde op 18-2-2003 dat de ontwikkelingsexpert Hans Bransheidt persoonlijk bij verschillende gelegenheden de voertuigen in actie heeft gezien. Merkwaardig is ook waarom er niets in de media is verschenen over Saddam’s volledig ingerichte ondergrondse stad in de buurt van Kirkoek aan de oever van de rivier "Lesser Zab" in het oosten aan de grens met Iran. Deze stad is in 1995 -na aanvankelijk gediend te hebben als opslagplaats voor Saddam’s geheime wapenarsenaal-omgebouwd tot een complex van tunnels, straten, woongelegenheden, kantoren en een compleet communicatiecentrum. Naar het Westen uitgeweken Iraakse officieren melden dat Saddam ook op andere plaatsen atoomvrije bunkers heeft laten aanleggen tot 100 meter diep. Deze bunkers zouden d.m.v. rails met elkaar zijn verbonden."