maandag 18 juli 2011
Begin Joodse Vastentijd - 17 Tammuz
Joden kennen één periode in het jaar die als ‘vastentijd’ wordt aangemerkt. Het is de periode die begint op 17 Tammuz,(de 17e van de vierde maand) en die eindigt op Grote Verzoendag.
Deze dag valt op 17 Tishri (de tiende van de 7e maand). 17 Tammuz is de dag waarop Mozes van de berg Sinaï afdaalde. Hij vond het volk dansend om het Gouden Kalf en verbrijzelde de Stenen Tafelen als teken dat het volk het verbond met God had verbroken. Als gevolg hiervan werden 3.000 man gedood. Deze dag was de donkerste dag in de joodse geschiedenis, een dag met grote gevolgen een dag vergelijkbaar met de zondeval (Gen. 3). Daarna volgt een periode van rouw en inkeer, waarin men geen sieraden mag dragen. Deze periode eindigt drie weken later op 9 Av, de 9e van de vijfde maand. Daarna volgen 7 weken van troost en vervolgens 10 dagen van hoop en verwachting. Deze vastentijd wordt nog steeds als vastentijd in acht genomen, vooral ook omdat uit de latere geschiedenis blijkt dat Israel op 9 Av geen troost ervaart maar door nationale rampen getroffen wordt wanneer inkeer uitblijft.
Vastendagen waarop men treurt
De profeet Zacharia spreekt over de vastendagen in de vierde, zesde, zevende en tiende maand (Zach 8:19, 7:3-5). Dit zijn dagen waarop ingrijpende gebeurtenissen hebben plaatsgevonden ,zowel in de tijd van de bijbel als in de periode daarna. Het gaat om 17 Tammuz, 9 Av, 3 Tisjri en 10 Tewet. Drie van de vier data vallen in de vastentijd.
We noemen enkele gebeurtenissen die op deze dagen plaatsvonden Op 17 Tammuz staakte men met het brengen van het dagelijkse offer in de 1e Tempel, verbrandde Apostemus de Torahrol en plaatste hij een afgod in het heiligdom en veroverden de Romeinen het grootste deel van Jeruzalem. Op 9 Av werd bepaald dat Joden die Egypte verlieten niet in Palestina binnengelaten mochten worden; werden zowel de eerste als de Tweede Tempel verwoest en werd het leger van Bar Kochba vernietigd (135 vdgj). Dit was ook de uiterlijke dag waarop de joden Spanje moesten hebben verlaten (1492). Op 2 Tisjri werd de landvoogd Gedalja vermoord met als gevolg dat ook de armste joden niet meer veilig waren in het land Israel. NB. Deze vastendag is verplaatst naar 3 Tisjri omdat Joods Nieuwjaar op 1 en 2 Tisjri wordt gevierd.
Op 10 Tewet begon het beleg van Nebukadnezar om Jeruzalem en werd Esther gedwongen om naar de koning te gaan om de nacht met hem door te brengen. Naar analogie van deze treurdagen zijn er in de loop van de geschiedenis nog meer dagen toegevoegd waarop men treurt over het onheil dat Israel is overkomen. Deze dagen refereren naar gebeurtenissen van het volk Israel in de geschiedenis, of naar gebeurtenissen in een bepaald land. Poolse joden vastten bijvoorbeeld op de 20 Nisan als herinnering aan de gruwelijke aanslagen van de Kozakken in 1648.
In de bijbel zien we dat er ook vastendagen worden uitgeroepen - Bij dreiging van gevaar of rampen (2 Sam. 12:16, 1 Kon. 21:27, Jona 3:6,7) - In tijden van rampen, pest of in een periode van droogte (Joël 1:14, 2:12, Jozua :5-11)
- Om de schuld van de voorouders te belijden (Neh. 9:1, Dan. 9:5,6)
- Om uiting te geven aan gevoelens van berouw en inkeer en om je te vernederen voor God (Rechters 20:26-28, 2 Sam. 7:6, Jer. 36:9, Neh. 9:1-3)
- Om de gunst des Heren te zoeken en als ondersteuning bij het gebed om uitredding en heil (Zach. 7:3; 9:5)
Bron: www.messiaanshetlevendwater.be
Hogere resolutie plaatje van Titus-Arc, stelen door de Romeinen van Joodse Heilige Tempel-schatten/items. (ons gezonden door P.L.):