dinsdag 13 augustus 2013

Duizend juristen zeggen EU: Nederzettingen zijn legaal

Veiligheidsbarriere Israel

Een omvangrijke petitie van juristen, die werd afgegeven aan de Catherine Ashton van buitenlandse zaken voor de Europese Unie, stelt dat de EU verkeerd zit met de overtuiging dat de Joodse gemeenschappen in Judea en Samaria illegaal zijn, en dat de term ‘grenzen van 1967’ niet bestaat in het internationale recht. De brief is door meer dan duizend juristen van over de hele wereld ondertekend.

Onder de ondertekenaars zijn voormalig minister van Justitie professor Yaakov Ne’eman; voormalig VN-ambassadeur dr. Meir Rosen; de Britse barones professor Ruth Deech, professor Eliav Shochetman en professor Talia Einhorn. Er zijn rechtsgeleerden uit de VS, Australië, België, Bolivia, Brazilië, Canada, Zwitserland, Chilie, Tsjechië, Griekenland, India, Ierland, Italië, Mexico, Malta, Nederland, Noorwegen, Nieuw-Zeeland, Peru, Singapore, Taiwan, Zuid-Afrika, Zweden, en, natuurlijk, Israël.

De man achter dit initiatief is dr. Alan Baker, voormalig Israëlisch ambassadeur in Canada en juridisch adviseur voor het ministerie van Buitenlandse Zaken. Hij geeft op dit moment leiding aan het Internationale Actie Afdeling van het Juridisch Forum voor Israël.

Baker was ook lid van driepersoonscomité onder leiding van de voormalig Hoge Raad-rechter Edmond Levy. Dit comité is ook bekend onder de naam comité-Levy. Dit comité verklaarde dat Judea en Samaria geen bezette gebieden zijn.

Dr. Baker legde aan Arutz Sheva uit dat er “niet zoiets is” als de grenzen van 1967. “Er was ook nooit zoiets. Het punt van de grenzen staat op de agenda van de onderhandelingen. De EU kan het onderwerp dat op de agenda van de onderhandelingen staat niet dicteren. De grenzen van voor 1967 zijn (1949) wapenstilstandgrenzen. Die zijn niet erkent als grenzen of als veiligheidsgrenzen. In de Oslo-onderhandelingen was er overeenstemming tussen ons en de Palestijnen dat het punt van de grenzen onderhandeld zal worden. De term ‘grenzen van 1967’ komt nergens voor in onze overeenkomst met de Palestijnen. Daarom is het een wettelijk en feitelijk dwaling om te bepalen dat dit onze grenzen zijn.”

“Het tweede punt is het bepalen dat de nederzettingen illegaal zijn volgens internationaal recht. Het klopt dat de meerderheid in de wereld dat denkt, maar daarmee is het nog niet wettelijk juist. Wettelijk was de clausule in de Geneefse Conventie die ze daarvoor aanhalen om te zeggen dat de nederzettingen illegaal zijn, niet bedoeld om toe te passen op onze nederzettingen, maar om gedwongen verplaatsing van bevolkingsgroepen door de nazi’s te voorkomen. Dit is niet van toepassing op de Israëlische nederzettingen.”

Bron: christenenvoorisrael