maandag 11 januari 2010

Knesset accepteert biometrische database wet










De Knesset keurde onlangs de ”biometrische database wet” goed. Tegenstanders spreken van de „big brother wet” waarbij de staat te veel informatie over burgers kan verzamelen. Voorstanders spreken van een efficiënt identificatiesysteem waarbij terreur en misdaad bestreden te bestreden kan worden.

Net als andere landen heeft Israël een goed systeem nodig om de identiteit van mensen te verifiëren. De Joodse staat heeft in de afgelopen jaren gekampt met een zware golf van terreur, maffiosi en andere criminelen zijn actief, ook bevinden zich allerlei illegale immigranten in het land.

Als de wet van kracht wordt, gaat een proefperiode van twee jaar in waarin mensen op vrijwillige basis de nieuwe identiteitskaart kunnen krijgen. Daarna kan het ministerie van Binnenlandse Zaken (BiZa) besluiten de proef voor twee jaar te verlengen, te stoppen of de kaart verplicht stellen voor alle Israëlische burgers en ingezetenen, dus ook die in Oost-Jeruzalem. Israël gaat er nog van uit dat de PLO deel wil nemen aan de vredesonderhandelingen. De Arabieren eisen Samaria en Judea op als Palestijnse staat, daarom zijn de Arabieren in deze gebieden niet opgenomen in het plan. Mensen die niet beschikken over Israëlische identiteitspapieren kunnen ook niet opgenomen worden in de database.

Op de nieuwe kaart wordt een chip aangebracht met gegevens over twee vingerafdrukken en de contouren van het gelaat. De gegevens worden opgeslagen in een database van het ministerie van BiZa. De gegevensbank bestaat uit twee van elkaar gescheiden delen: een deel voor de fysieke gegevens en een deel voor gegevens als voor- & familienaam, geboortedatum en woonadres. De politie kan de gegevens uit de database van een persoon opvragen, als de rechter daar toestemming voor geeft.

Er is aan de nieuwe kaart ook een voordeeltje verbonden. Eigenaars kunnen straks kortere wegen nemen in de bureaucratie, door handelingen met de nieuwe kaart te ‘tekenen’.

Tegenstanders van de nieuwe methode hebben geen bezwaren tegen de chip met biometrische gegevens om vervalsingen van de kaart tegen te gaan. Waar zij wel bezwaar tegen aantekenen, is dat de gegevens allemaal in een database terechtkomen. Zij vrezen dat gegevens uitlekken of dat instanties er ongeoorloofd gebruik van gaan maken.

Knessetlid Meir Sheetrit (Kadima), de voormalige minister van BiZa en initiatiefnemer van de wet, veegt de bezwaren met grote kracht van tafel. "Volgens de gegevens van de politie wonen er 350.000 mensen illegaal in Israël met valse documentatie. Zij plegen honderdduizenden misdaden."

De database is volgens Sheetrit nodig als verificatiemiddel. "Zonder een database kun je er niet zeker van zijn dat de drager van de kaart ook echt die persoon is. Als iemand zegt: 'ik ben die persoon' en je kunt zijn vingerafdruk niet vergelijken, kun je er nooit zeker van zijn of het waar is of niet."

De groep die tegen het nieuwe systeem is, is volgens Sheetrit klein doch luidruchtig. Ze hoeven zich geen zorgen te maken. "De database wordt zeer goed bewaakt. Niemand heeft toegang, behalve de managers van de database."

Scheikundige en vroegere functionaris bij de politie prof. Yossi Almog van de afdeling forensische wetenschappen van de Hebreeuwse Universiteit, wijst erop dat er andere databanken bestaan met persoongegevens, 'die iedereen accepteert.' Dat zijn bijvoorbeeld de supermarkten, die op grond van creditcards weten van wat soort melk iemand houdt.

Hij geeft toe dat er in het verleden bij het ministerie van BiZa fouten zijn gemaakt. Maar andere instellingen bleken zeer goed te zijn in het bewaken van gegevens.

Al met al zijn volgens Almog de voordelen groter dan de nadelen. De politie kan sneller nagaan of iemand inderdaad de persoon is die hij zegt te zijn en terreurslachtoffers kunnen sneller worden geïdentificeerd.
 
Bron: RD
 
Lees ook: Gezichtsscan en vingerafdruk van alle Israëliers in biometrische database
 

 


"En het (de valse profeet) maakt, dat aan allen (hen), de kleinen en de groten, de rijken en de armen, de vrijen en de slaven, een merkteken gegeven wordt op hun rechterhand of op hun voorhoofd, [en] dat niemand kan kopen of verkopen, dan wie het merkteken, de naam van het beest (de antichrist, de wetteloze, de zoon des verderfs, de tegenstander 2 Thess. 2), of het getal van zijn naam heeft." (Openbaring 13:16,17)

"En het beest werd gegrepen en met hem de valse profeet, die de tekenen voor zijn ogen gedaan had, waardoor hij hen verleidde, die het merkteken van het beest ontvangen hadden en die zijn beeld aanbaden; levend werden zij beiden geworpen in de poel des vuurs, die van zwavel brandt." (Openbaring 19:20)